Skip to main content

E3. Technische installaties

Het begrip ‘technische installaties’ is een verzamelterm voor bijvoorbeeld airco’s, luchtbehandelingsunits en warmtepompen. U heeft altijd een omgevingsvergunning nodig als een unit hoger is dan 1 meter, of een oppervlakte heeft van meer dan 2 m².

Waarden en ambities

Installaties zijn meestal niet een mooie toevoeging in het straatbeeld. Vooral aan de voorzijde kunnen technische installaties op een negatieve manier opvallen. We plaatsen technische installaties daarom liever uit het zicht (aan de achterzijde), of opgenomen in de bebouwing. Wanneer dit niet mogelijk is, dan moet de technische installatie worden mee-ontworpen (dat betekent passend bij het ontwerp van het gebouw waar de installatie bij hoort).

Regels

Maatvoering en plaatsing

  • Plaatsing bij voorkeur aan de achterzijde van de bebouwing of binnen de bebouwing.
  • Op een plat dak liggen technische installaties minimaal 1,5 meter terug ten opzichte van de dakrand.
  • Warmtepompschoorstenen vormen een ondergeschikte toevoeging aan het dak. Technische installaties liggen minimaal 1,0 meter terug ten opzichte van de voor- en zijgevel.
  • Technische installaties aan een zij- of voorgevel vormen een ondergeschikte toevoeging.
  • Bij meerdere elementen in het dak of gevel is sprake van een logische, regelmatige ordening.
  • Het trendsetter-principe wordt toegepast voor de maatvoering en plaatsing.

Vormgeving

  • Technische installaties op een bestaand voor- of zijdakvlak worden ingepast met een omkasting. De kleur van omkasting is afgestemd op de kleur van het dak.
  • Technische installaties aan een bestaande zij- of voorgevel worden ingepaste met een omkasting. De kleur van omkasting is afgestemd op de kleur van de gevel.
  • Het trendsetter-principe wordt toegepast voor de vormgeving.

Verbeelding regels

Onderstaande beelden geven voorbeelden van omkastingen.